De kerkzaal van het opleidingsinstituut van het Leger Des Heils lijkt misschien niet de meest geschikte locatie om een film te kijken. Het scherm hangt boven het spreekgestoelte; hoog, bijna tegen het plafond. We kunnen er onderdoor naar de stoelen kijken die eigenlijk bedoeld zijn voor het koor. Aan de andere kant is zo'n kerkzaal in een statig, historisch gebouw juist wel een goeie plek om twee films over (de geschiedenis van) London te zien en is dan ook precies wat er hier afgelopen zondagmiddag in het kader van het Camberwell Free Film Festival georganiseerd werd.
Hoofdmoot is How We Used To Live, de al weer vierde film die Paul Kelly en de band St. Etienne over de Britse hoofdstad maakten. De film is helemaal opgebouwd uit uit de archieven van het British Film Institute opgeduikelde fragmenten. Er is gekozen voor beelden die a) in kleur en b) op film gedraaid zijn, dus het beperkt zich, ongeveer, tot de periode van de jaren '50 tot begin jaren '80. Er zit niet echt een verhaal of een rode lijn in. Diverse fragmenten rondom één onderwerp - openbaar vervoer, nachtleven, de Thames - zijn een beetje bij elkaar gegroepeerd maar daar blijft het bij; zelfs chronologisch is het all over the place. De muziek van St. Etienne's Pete Wiggs en de voice-over van Ian McShane (bekend uit de serie Deadwood naar het schijnt maar voor mij toch nog altijd vooral Lovejoy) knoopt alles een beetje bij elkaar. Travis Elborough, samen met St. Etienne's Bob Stanley verantwoordelijk voor het script, legt in een Q&A achteraf uit dat het idee achter deze monoloog ongeveer is dat je in de pub naast iemand staat die herinneringen aan z'n tijd aan de stad aan het ophalen is. Het eindresultaat moet het dan ook vooral van z'n nostalgisch poëtische sfeer hebben. Het ziet er geweldig uit - alsof je naar een bewegende Instagram zit te kijken - maar dat is voor een film van 70 minuten misschien een beetje mager.
De double bill opent met The London Nobody Knows uit 1969, een door de acteur James Mason aan elkaar gepraatte documentaire over stukjes London die op het punt staan te verdwijnen. Ook dit is eigenlijk best wel een random verzameling beelden - levendige markten, vervallen theaters, straatmuzikanten, opvallend veel openbare toiletten - maar de nostalgische blik heeft hier een duidelijker doel (en, alhoewel misschien altijd even bewust, meer humor). Blijkbaar was vroeger zelfs het vroeger was alles beter beter.